dinsdag 8 mei 2012

 

Hoofdstuk 1

Wat is nou eigenlijk een multimeter !  Dit is heel eenvoudig uit te leggen. Een multimeter, ook wel (universeel meter) genoemd, is een meter met meerdere meet mogelijkheden zoals het meten van spanning, stroom, weerstand…. Etc…. Dus in feite kan men met een meter multifunctioneel werken. Het voordeel hiervan is dat men maar 1 meter hoeft te kopen in plaats van meerdere meters. 




De "-Multimeters- "  zijn er in verschillende soorten en maten. Dit heeft o.a. te maken met de mogelijkheden van de meter evenals de betrouwbaarheid, nauwkeurigheid maar ook het merk. Een meter van € 15,- kan men dan ook absoluut niet vergelijken met een multimeter van prijsklasse welke bijvoorbeeld 100 euro en / of hoger kosten. Zo zijn er meters welke bij de duizend euro kunnen kosten. Hoe duurder de prijs…. des te betrouwbaarder en vooral nauwkeuriger de eigenschappen van de meter.

Net spanning

Als jullie de foto's goed bekijken dan zie je dat beide meters in het midden een grote draai knop hebben. Met deze draai knop kan men een instelling selecteren welke men gebruikt bij een meting. De draaiknop kan zowel linksom als rechtsom gedraaid worden. 

Verder zie je ook dat beide meters veel overeenkomsten hebben. Met name de indeling van de groepen spanning, stroom en weerstand meeting. Op de rechtse foto heb ik de groepen al ingedeeld en elke groep een nummer gegeven. Dit zijn de groepen waar we straks mee zullen gaan werken. Ik kom hier later nog op terug. 





Een leuke wetenschap mag zeer zeker niet onopgemerkt blijven. De meeste multimeters zijn afdoende gezekerd via 2 zekeringen. De ene zekering is een zogenaamde glas zekering. Deze zekeringen zitten in de groep van stroom meting en meestal bedraagt deze maximaal 200 milli Ampère oftewel 0,2 Ampère. 


 

De tweede zekering bedraagt uit een stuk draad welke van een speciale draad is gemaakt. Beide zekeringen zullen kapot gaan als de maximale waarde overschreden zal worden. Beide zekeringen kunnen indien nodig vervangen worden.




Als laatste is het een mooie bijkomstigheid dat de multimeter bij de groepen wisselspanning en gelijk spanning elektronisch gezekerd zijn via een zogenaamde OverLoad  (OV)  circuit welke intern in de multimeter is opgenomen. Bedenk wel. . . . . Ook hier geld een maximale waarde maar als deze te ver wordt overschreden, dan zal de multimeter onherstelbaar beschadigd worden. We komen hier later nog op terug.

Bij beide draaischakelaars kan men zien dat deze op OFF  staan. Dit betekent dat de meter uit staat en dus geen stroom verbruikt. Immers.... de multimeters worden gevoed via een 9 volt batterij. (zie bovenstaande foto's) De levensduur van de batterij is vrij lang. Wellicht enkele jaren bij normaal gebruikt.


 
De multimeter waar wij het over gaan hebben (huis, tuin en keuken gebruik) kan worden onder verdeeld in groepen. De groepen welke wij gaan behandelen zijn:

1)   Spanning
2)   Stroom
3)  Weerstand
4)  Vermogen


Spanning, stroom, weerstand en vermogen zijn termen welke o.a. gebruikt worden in de Elektroelektronica wereld. 


Net zo als geld een eenheid heeft zoals euro’s, dollars, pond, etc…. zo worden ook de groepen, spanning, stroom en weerstand in eenheden gemeten. Dit zijn vaste afspraken welke in het verleden is gemaakt. Het is daarom handiger om er geen vragen bij te stellen zoals…. waarom heeft men dat zo gedaan !!!  Het makkelijkste is door de termen en de eenheden van buiten te leren en gewoon te accepteren zoals ze zijn. Het vergemakkelijkt het leer proces.  

AC en DC meeting

De groepen:
 
1) Het meten van spanning. Er zijn bij scooters en motoren 2 soorten 
   spanningen. De zogenaamde wisselspanning, oftewel (AC Amplitude- 
  Current)








De gelijkspanning, oftewel (DC Direct Current) De eenheid van spanning wordt gemeten in "Volts".  Bij het meten van gelijkspanning worden dezelfde aansluitingen van de multimeter gebruikt als bij het meten van wisselspanning.


Stroom meting

  2) Het meten van stroom. Er zijn bij scooters en motoren 2 soorten  

      stromen meetbaar. Net zo als bij Spanning AC en DC is er ook  
      wisselstroom metingen gelijkstroom meting. Echter de multimeter 
      maakt hier tijdens een meting geen onderscheidt omdat de meter
      intern de stroom meting van wissel en gelijkstroom automatisch  
      omzet.  

      De eenheid van stroom wordt gemeten in Ampères. Wel  worden er  
      andere aansluitpunten gebruikt dan bij het meten van spanningen 
      en weerstand. We komen hier later op terug.


Weerstand meeting

3) Het meten van weerstand. In scooters zijn normaal 2 weerstanden   
     aanwezig. Een weerstand werkt samen met de spanningsregelaar 
     van de scooter terwijl de andere weerstand in verbinding staat met
     de choke. (De brandstof verijker) Beide weerstanden hebben een  
     waarde welke bestaat uit een getal. Hier komen we later nog op
     terug. De eenheid van weerstand wordt gemeten in  Ohm.  
     (spreekt zich uit als oom) Ook hier worden de aansluit punten 
     gebruikt zoals bij spannings-meting. We komen er later nog op 
    terug. 




De korte samenvatting:

De groepen worden onderverdeeld in:

  
Spanning :   gemeten in   Volt
      stroom :    gemeten in   Ampère
Weerstand :    gemeten in   Ohm

Uit deze gegevens is een formule uit voort gekomen welke “De wet van ohm wordt genoemd. Deze wet luidt:

U  =  I  x  R.

Hierin is  de letter waarmee de spanning wordt aangegeven
Hierin is  de letter waarmee de stroom wordt aangegeven
Hierin is  de letter waarmee de weerstand wordt aangegeven.

Naar aanleiding van “de wet van ohm” is er een tweede formule ontstaan welke weer in twee delen is opgesplitst. Deze formule luidt:

P = U  x  I  en  P = ( I  x I )  x  R.

Hierin is P de letter waarmee het vermogen wordt aangegeven.
Hierin is U de letter waarmee de spanning wordt aangegeven.
Hierin is I de letter waarmee de stroom in de tweede formule in het "kwadraat" wordt aangeven.

Dus:

Vermogen  =  spanning  stroom
Vermogen  =  stroom  (in het kwadraat)  x  weerstand.

De onderdelen zoals bovenstaand beschreven wordt gemeten met 2 meet pennen waarbij elk via een kabel en een stekker gekoppeld worden met de multimeter. Beide meet kabels hebben ieder hun eigen kleur. Dit is bewust gedaan om onderscheidt te kunnen maken tussen een  plus  oftewel  (fase)  en  een  min  oftewel  (nul).

* NOTE *
Hierbij dient vermeld te worden dat als men over een plus en min spreekt, dan heeft men het over een gelijkspanning. Als men over een (fase) en (nul) spreekt, dan heeft men het over wisselspanning.

DUS:
Bij wisselspanning spreekt men over fase en nul terwijl bij gelijkspanning over een plus en een min wordt gesproken. Men heeft deze afspraak gemaakt om onderscheidt te kunnen maken tussen wissel spanning en gelijk spanning.

Bij gelijk spanning heeft de ( plus )  aansluiting een   rode   kabel en de ( min )  aansluiting heeft een   zwarte   kabel.

Bij wissel spanning is het zo, dat de   rode  kabel als fase wordt aangemerkt en de  zwarte  kabel als nul wordt aangemerkt.

Deze kleur codes zijn afspraken welke zijn vast gelegd in de Elektro en elektronica wereld. Het voordeel van kleur codes is dat men de bedradingen van scooters en motoren overzichtelijk kan houden.

De bedradingen van scooters en motoren hebben meerde kleuren codes welke de functie aangeeft van de betreffende kabel. Dit wordt gedaan om de bedradingen en alle aansluitingen overzichtelijk te houden. Immers… als alle kabels dezelfde kleur zouden hebben dan kan men niet meer het bos door de bomen zien wat voor de monteur dan onmogelijk wordt om storingen op te kunnen sporen. De kleurcode in de Elektro en elektronica wereld is dan ook essentieel.

Autorange

Hoofdstuk 2

In hoofdstuk 1 hebben we het gehad over een multimeter welke ingedeeld kan worden in groepen zoals, spanning, stroom en weerstand. Deze groepen worden in eenheden verdeeld. Hierbij wordt spanning gemeten in Volt, stroom wordt gemeten in Ampère en weerstand wordt gemeten in Ohm (oom). Het symbool voor Ohm  =  ( Ώ )








Net zoals in een winkel waar men de boodschappen haalt, heeft men ook daar te maken met eenheden zoals grammen, ponden, kilogrammen of, deciliters, milliliters, liters, hectoliters etc etc…

Nou zullen jullie mij wel een beetje voor gek verklaren omdat ik nu de winkel als voorbeeld heb genomen maar…. feitelijk gezien gaat het hier om de manier hoe de eenheden zijn opgedeeld

Want… ook bij spanning, stroom, weerstand en vermogen worden de eenheden elk weer onder verdeeld in schaal verdelingen. Hieronder de meest voorkomende schaal verdelingen.

De eenheden bij spanning:

Micro Volt,  Milli volt,  Volt                              afgekort         µ V,  m V,   V.

De eenheden van stroom:

Micro Ampère,  Milli Ampère,  Ampère                 afgekort         µ A,  m A,   A.
 
De eenheden bij weerstand:

Ohm,  kilo Ohm,  Mega Ohm                              afgekort        Ώ,  K Ώ,  M Ώ

De eenheden bij vermogen:

Milli Watt,  Watt,  Kilo Watt,  Mega Watt     afgekort    mW,  kW,  MW.

De keuze van de schaalverdeling wordt gemaakt door de draaischakelaar welke op de meter zit. Bij elke stand van de desbetreffende groep staat dan de schaalverdeling. Het grappige hierin is dat elke schaalverdeling een factor heeft van 1000. Dit is een vast gegeven. De waardes welke bij elke schaalverdeling staat vermeld, is de maximale waarde welke gemeten kan worden met die schaal verdeling.

Bijvoorbeeld:
Bij de groep spanning zien we verschillende schaal verdelingen staan. Het betreft hier de DC groep (1). Te benoemen:

200   m V
    2  Volt
  20  Volt
200  Volt
300  Volt

Op de meter kiezen we bij de groep spanning (groep 1 DC) de waarde van bijvoorbeeld 20 Volt. Dit betekent dat we dan een gelijkspanning gaan meten met een maximale waarde van 20 Volt. Is de te meten waarde hoger dan 20 Volt dan zal de meter een OV  (OverLoad)  aangeven.

Het is dus belangrijk om van tevoren te bepalen hoe hoog de maximale spanning zou kunnen zijn. Wij hebben het dus over scooters en motoren, hierbij is het een vast gegeven dat de gelijkspanning aan boord van een scooter / motor 12 volt is. Immers er wordt gebruikt gemaakt van een 12 Volt accu. Dit zou dus betekenen dat we aan de schaalverdeling van 20 Volt voldoende moeten hebben.

Immers de te meten spanning is 12 Volt gelijkspanning en de maximale schaalverdeling staat ingesteld op 20 Volt wat betekent dat we een marge (speling) hebben van 8 Volt. Als men niet weet hoe hoog de te meten spanning is, dan kiest men altijd voor de hoogste schaalverdeling. In dit geval zou het dan de schaalverdeling van 300 Volt moeten zijn. Op deze manier voorkomt men een OV (OverLoad). Het zal duidelijk zijn dat ik geen foto ga plaatsen met een multimeter welke in OV geplaatst wordt. Dit om schade aan de multimeter te voorkomen.

Op de onderstaande foto is een set-up gemaakt bestaande uit een multimeter en een accu. Het betreft hier een gel accu van 12 Volt 4 Ah ( 12 Volt 4 Ampère per uur). Het gegeven is dat de accu een gelijkspanning levert van 12 Volt gelijkspanning.  


Klemspanning



Echter de meter geeft aan dat het om een spanning gaat van 12,87 Volt. De spanning ligt in deze situatie dus iets hoger en wel 0,87 volt






De reden waarom de spanning hoger ligt heeft te maken met de opbouw van de accu waar ik hier niet verder op in wil gaan omdat het mijn inziens meer chaos zal creëren en dus niet bevorderlijk is voor de meeste mensen welke het leren omgaan met een multimeter willen leren. Als men meer wilt weten van het hoe, wat en waarom…. dan zou ik zeggen …. Ga lekker googelen op het internet

Weer terug komend…. de gemeten gelijkspanning ligt dus hoger dan 12 Volt gelijkspanning Deze manier van meten noemt men het meten van klemspanning. Oftewel…. de gemeten spanning zonder belasting gemeten.

Als men nu de scooter / motor op contact gaat zetten, dan zullen er stroom verbruikers worden ingeschakeld zoals: de choke (brandstof verrijker), CDI, de elektronica van de cockpit, olie meting, temperatuur meting, benzine meting etc etc …. Hier door zal de gemeten klemspanning gaan dalen tot een minimale werkspanning. Dit is de spanning waarmee constant gewerkt wordt als de motor van de scooter / motor in bedrijf wordt genomen.

* NOTE *
De verbruikers welke ingeschakeld worden als men het contact aanzet, hangt af van het type scooter / motor.

Als de motor van de scooter / motor draait, dan wordt de accu via een laad circuit opgeladen. Om er voor zorg te dragen dat de werkspanning niet te laag wordt, is de laadspanning hoger dan 12 Volt. Meestal betreft het hier een gemiddelde waarde van 14,5 Volt. Dit is een gemiddelde waarde hetgeen betekent dat het soms iets kan afwijken.

De reden waarom men dit zo ontworpen heeft is naar mijn inziens om een extra marge te creëren om te voorkomen dat het gelijkspanningscircuit onder de minimale waarde van 12 Volt zou komen. Immers alle ingeschakelde verbruikers welke via de accu werken, hebben een minimale werkspanning nodig van 12 Volt gelijkspanning om goed te kunnen functioneren.

Derhalve heeft men een spanningsregelaar ingebouwd welke een tweedelige functie heeft. Een deel zorgt voor het laad circuit voor de accu terwijl gelijkertijd het andere deel er voor zorg draagt dat wisselspanning circuit welke op de verlichting zit aangesloten, zoals het voorlicht, achterlicht en cockpit verlichting zijn maximale waarde van 12 Volt  AC  niet zal overschrijden. Ook hier is een marge in gecalculeerd welke veelal iets lager dan de waarde van 12 Volt AC ligt.

Hierbij dient opgemerkt te worden dat bij het wisselspanningscircuit een weerstand is opgenomen. De combinatie van die weerstand en de spanningsregelaar wordt op een later tijdstip onder de loep genomen omdat we het hier alleen over het gelijkspanningscircuit hebben.

Het laatste onderdeel in dit hoofdstuk betreft de aansluiting van de multimeter als men spanning gaat meten. Op de foto ziet men dat de multimeter 3 ingangen heeft. Het betreft hier de aansluitingen voor het meten van spanning, stroom en weerstand.

Voor het meten van spanning gebruikt men de aansluitingen 7 en 8 waarbij 7 de min (nul) aansluiting is, (zwarte kabel) en 8 de plus (fase) aansluiting is. (rode kabel) Elke andere aansluiting kan de multimeter onherstelbaar beschadigt worden. Het kan zelfs zo zijn, desondanks dat de multimeter goed beveiligd is, bij een verkeerde aansluiting de multimeter op gaat in rook. Wees dus voorzichtig en let goed op voordat men gaat meten maar ook om letsel te voorkomen.

* NOTE *
Als men klaar is met het meten, zorg er dan voor dat je de draaischakelaar weer in de OFF stand zet. Hiermee zet je de meter namelijk weer uit. Is wel handig als men de batterij wil sparen

Inmiddels zijn we alweer beland bij deel 3. Het betreft hier het onderdeel wisselspanning meeting. Ook wel AC genoemd. (Amplitude Current)

Net zo als bij gelijkspanning meeting treft men bij de wisselspanning meting verschillende schaalverdelingen aan. Echter met dien verschil, dat er minder schaalverdelingen aanwezig zijn. Dit is ook logisch te verklaren.

In het wisselspanning gebied, bij het huis tuin en keuken gebruik zijn er minder schaal verdelingen nodig dan bij in het gelijkspanning gebied. Immers hier treft men hoofdzakelijk netspanning aan welke een voltage hebben tussen de 230 en 240 volt. Echter als men gaat meten hoe hoog de spanning werkelijk is, dan ontdekt men dat de waarde ook lager kan liggen. (zie foto) Dit heeft weer zijn redenen welke te maken hebben met de belasting op het net. Dus… meten is weten.

Bij scooters / motoren ligt de wisselspanning (AC) gemiddeld tussen de 9 en 20 volt. Dit hangt in eerste instantie van het toerental af, en anderdeels van de belasting. (lampjes en diverse elektronica). Het verschilt natuurlijk ook weer van type scooter / motor. Vroeger had men ook een 6 volt AC systeem welke tot op de dag van vandaag nog steeds voorkomt.

Natuurlijk zijn er ook multimeters waar maar 1 gezamenlijke schaalverdeling gebruikt wordt met de bijbehorende instelling van AC, DC, Ampére en Ohm’s etc etc etc… Dit soort multimeters stellen zich qua schaalverdeling en meetbereik dus zelf in. Maar ja…. Dit zijn dan weer multimeters waarbij dan ook een behoorlijk prijskaartje aan hangt en dus meer voor het professioneel / beroeps matig gebruik is bedoeld, waarbij de betrouwbaarheid en nauwkeurigheid een belangrijke rol speelt. Voor onze doeleindes zijn deze duurdere multimeters een overbodige luxe.

De theorie bij het meten van wisselspanning:

De theorie in het gebruik van de multimeter bij wisselspanning meeting is gelijk aan die van gelijkspanning meeting. Men kiest een schaalverdeling waarvan men denkt dat het meet bereik voldoende is en men gebruikt de COM aansluiting (zwarte meet snoer) als MASSA en de V aansluiting als FASE aansluiting. (rode meet snoer) Als men niet kan inschatting hoe hoog de te meten spanning zou kunnen zijn….. dan geldt ook hier dat men de hoogste schaalverdeling bv (300 volt) moet kiezen alvorens men gaat meting.

Het aflezen van de display. (meter)

Net zo als bij gelijkspanning meting wordt er tot 2 getallen achter de komma gemeten. Dus in tiende en honderdste. Bij scooter / motor is het zo dat men de meeting kan / mag afronden naar een half volt. Bijvoorbeeld: 12,514,5…. 19,5…. Etc etc….

Het volgende kan ook:


Bij scooter / motoren:
Als men een spanning meet van bijvoorbeeld 12,96 volt dan mag men deze waarde afronden naar boven en dan wordt het 13 volt. Als men bijvoorbeeld een spanning zou meten van 12,54 dan mag men deze afronden naar beneden 12,5 volt. Dit zijn maar voorbeelden. De afronding van de waarde wordt dan tot een 0,5 volt afgerond

Dus alles wat boven de waarde van 5 ligt mag naar boven worden afgerond naar tiende volts, en alles wat beneden de waarde van 5 ligt mag naar beneden worden afgerond naar tiende volts.

* NOTE *
Ook bij wisselspanning meting geld dat men voorzichtig moet zijn met het meten van spanning. Zorg er dus voor dat de meter goed staat ingesteld alvorens men gaat meten. Ga ook bij wisselspanning meeting GEEN  secundaire bobine spanning meten. Dit zal de meter  onherstelbaar  beschadigen en loopt men een  verhoogd risico  op  lichamelijk letsel.

Ook bij motoren wordt soms gebruik gemaakt van een 3 fase AC circuit en sommigen zijn ook uitgevoerd in een 2 fase AC circuit. Ook bij sommige scooters (50 cc type) wordt gebruik gemaakt van een 2 fase AC circuit. Het voordeel van een meer fase AC systeem is, dat er een grotere energie kan worden opgewekt met dezelfde 12 volt spanning waardoor men meer vermogen aan lichtopbrengst ter beschikking heeft. Een ander voordeel van meer fase circuit is dat de stabiliteit van de stroom en spanning vele male beter is dan een 1 fase AC circuit. Persoonlijk vindt ik het jammer dat de scooter fabrikanten bij de 50 cc uitvoeringen de meer fase AC circuit niet standaard doorgevoerd hebben. het zou mijn inziens een hele verbetering op de verkeersveiligheid zijn. Maar ook meer mogelijkheden bieden om het e.e.a uit te kunnen breiden.

Bij bougies kunnen de spanningen oplopen van zo’n 10.000 volt tot wel 30.000 volt het moge hierin dus duidelijk zijn dat een huis tuin en keuken multimeter niet geschikt is om bougie spanningen te gaan meten. Hier is professionelere meet apparatuur voor nodig waar ik verder niet op in zal gaan omdat het in dit topic niet de bedoeling is.

Hoofdstuk 3

In dit hoofdstuk, zoals eerder vernoemd gaan we het hebben over het meten van stroom welke gemeten wordt in Ampère.

Zoals we nu weten wordt de spanning parallel gemeten op de bedrading, accu, lamp en / of andere verbruikers. Echter de stroom wordt gemeten door de leiding m.a.w. in serie met de verbruiker.

Je kunt het vergelijken met je watermeter en gas meter welke we allemaal in huis hebben. Immers… er moet gemeten worden hoeveel water en  / of gas er verbruikt wordt per jaar om vervolgens de rekening op de mat te krijgen.

Bij een water meter staat de meter in de leiding gemonteerd (serie) en stroomt het water eerst door de meter alvorens het water uit de kraan komt. Bij de gas meter is het idem dito. Het gas loopt eerst door de gas meter (serie) alvorens het uit je kook toestel komt met een mooie blauwe vlam. Dat heet…. als we het aansteken natuurlijk. . . . . hahaha   want gelukkig kunnen we gas ook ruiken zonder dat er een vlam aanwezig hoeft te zijn. Ook al heeft menig Nederlander groene stroom en gas…. de kleur van de vlam blijft toch lekker blauw / geel achtig.

Bij het meten van stroom is het dezelfde situatie als bij de watermeter en de gas meter. De stroom wordt dus in serie gemeten met de verbruiker. Als wij dus een stroom willen gaan meten bv het stroom verbruik van een knipperlicht lampje, dan moeten we dus de plus stekker los trekken en deze op de plus ingang van de meter aansluiten. De uitgang van de multimeter, ook wel de “COM” genoemd wordt dan weer met het knipperlicht lampje gekoppeld. 

In dit soort situaties. . . . .  Stroom meting dus…. is het handig te beschikking over zogenaamde kabeltjes met krokodillen klemmetjes eraan. De kabeltjes zijn verkrijgbaar bij elke elektronica boer en kosten navenant niets. Het is niet noodzakelijk om ze te hebben maar het vergemakkelijkt het meten omdat we dan onze handen vrij hebben. De kabeltjes hebben verschillende kleuren. Dit is bewust zo gedaan om onderscheid te kunnen maken in bv plus, min en  fase aansluitingen. 


Kabeltjes met krokodillen klemmetjes

Zoals er al eerder beschreven is wordt er in de Elektro en elektronica gewerkt met kleurcodes om het overzicht te kunnen behouden en het mogelijk wordt om storingen makkelijker op te kunnen sporen. Zonder deze kleuren codes is het ondoenlijk om storingen op te sporen.

Bij scooters / motoren wordt er in de bekabeling ook kleuren gebruikt om onderscheidt te kunnen maken in de aansluitingen van verbruikers, schakelaars, generator, ontsteking etc etc etc…. Samen gevat…. elke kleur bij een kabel, van de draadbomen in een scooter / motor heeft zijn eigen functie. Dit zijn afspraken welke onderling gemaakt zijn met fabrikanten. Soms komt het wel voor dat er een fabrikant ietwat andere afspraken erop nahoud en dus afwijkt van de andere fabrikant. Maar over het algemeen gezien komt het weinig voor.



Op de volgende foto zie je een set-up 2 meters aangesloten met een accu als voedingsbron. Met de linker meter wordt de spanning gemeten en met de rechter meter wordt de stroom gemeten. Hierbij ligt de accu aan een acculader en wordt er een klem spanning gemeten van 15,25 Volt. Er vloeit nog geen stroom door de plus leiding van de verbruiker omdat deze verbruiker nog niet is aangesloten.



De accu lader mag gezien worden als het laad circuit van een scooter bv een GrandDink 50cc. 

 




Als verbruiker heb ik een "  -Gloeilampje-  "  gebruikt welke o.a ook gebruikt worden bij de knipperlichten van een GrandDink 50cc. Het betreft hier een lampje met bajonet fitting met een waarde van 12 Volt 10 Watt. Dezelfde lampjes komen ook in meerdere kymco scoots en andere scooter en / of motoren voor.




Bij stroom meting gebruikt men bij de meter andere aansluitingen dan als bij spanning meting. Bij stroom meting (zie foto) heb ik de meter ingesteld op een meet bereik van 10 Ampère. maximaal. Hierbij heb ik de aansluiting 10ADC en de COM genomen. De reden hiervoor is dat ik niet weet wat de maximale stroom zal zijn en dus neem ik het hoogste meetbereik van de meter. Het cijfer en letters 10ADC geven aan dat ik een maximale stroom kan meten van 10 Ampère, zowel in het AC gebied als het DC gebied. Soms verschild de aansluiting en instelling van meter tot meter. Dus lees altijd ff de handleiding van de betreffende meter.

Bij de spanning meting heb ik de meter ingesteld op een meet bereik van 20 Volt DC maximaal. Hierbij heb ik de PLUS ingang en de COM als "minaansluiting genomen.



 

Zodra we de verbruiker gaan aansluiten op de accu dan ziet men dat de spanning een flink stuk gedaald is naar 13,23 Volt met een stroom sterkte van 0,69 Ampère



 

Als men op de volgende foto kijkt welke ongeveer 2 minuten later is genomen dan blijkt dat de spanning nog verder is gedaald naar 12,54 Volt met een stroom sterkte van 0,67 Ampère welke afgerond mag worden tot een tiende achter de komma en dus 0,7 Ampère is.





Het gegeven is dat de accu geladen wordt met een accu lader van ongeveer 15,25 volt met een maximale laad stroom van 500 mA oftewel 0,5 Ampère.

Het verbruik van de verbruiker is dus 0,7 Ampère bij 12,54 Volt en dus een wattage heeft van 8,778 watt welke afgerond mag worden naar een tiende achter de komma en dus de waarde uitkomt op 8,8 watt. Dit terwijl het gegeven van de lamp 10 watt zou moeten zijn maar gelet op de meeting hebben we dus een lagere verbruiker.

Ik heb de meeting met het gloeilampje als voorbeeld genomen om te laten zien, dat de waardes welke op de verbruiker(s) beschreven staat, niet altijd met de werkelijkheid overeen komt. Als ik een ander gloeilampje zou nemen dan zullen de meet resultaten wellicht weer anders uitvallen.

Het meest interessante van deze meeting is, dat men kan berekenen wat de marge is van de totale verbruikers. Op deze manier kan men achterhalen wat nu het daadwerkelijke totaal verbruik is. Als men dan het totaal gemeten verbruik aftrekt van de beschreven waardes welke op de verbruiker(s) beschreven staat, dan heeft men als uitkomst de maximale marge berekent welke bestaat uit een wattage welke men als update, dus extra kan toevoegen aan het elektrisch systeem van je scooter / motor door middel van extra verbruikers zoals,

Extra remlicht
Verstralers
Claxon
running lights
Radio e.d
Navigatie

Etc etc etc etc ....

Hierbij dient vermeld te worden dat men moet proberen te voorkomen dat het stroomverbruik van de extra verbruiker(s) die men wilt plaatsen, niet hoger ligt dan de maximale berekende marge. Op deze manier voorkomt men dat de accu tijdens het rijden te ver leeg raakt waardoor de bestaande verbruikers niet meer goed kunnen functioneren en wellicht kunnen uitvallen met als gevolg dat je stil komt te staan met je scooter / motor. Ik ga er vanuit dat het de bedoeling is, dat de meeste extra verbruikers zoals, running lights, radio, navigatie.... constant ingeschakeld zullen zijn tijdens een rit.

Alle andere extra grote verbruikers zoals een claxon, verstralers remlicht etc etc etc... welke maar incidenteel worden ingeschakeld voor een korte periode zal de maximale berekende waarde wel overschrijding, maar aangezien ze maar kort gebruikt worden, zal het geen schade kunnen veroorzaken aan het elektrisch systeem daar deze maar kortstondig extra belast wordt. Zodra de extra verbruiker(s) niet meer in werking zijn, dan zal het laad circuit voldoende tijd hebben om de accu weer op spanning te brengen.

Omdat de gloeilamp in deze meting een stroom verbruikt van 0,7 Ampère en de laadstroom maximaal 0,5 Ampère bedraagt, betekent dit dat de accu na een bepaalde tijd leeg zal lopen omdat de verbruiker meer stroom verbruikt en wel 0,2 Ampère oftewel 200 m A meer, dan wat de accu aan laadstroom krijgt. Als de laadstroom van de accu gelijk en / of hoger zou liggen dan de verbruiker dan zou de spanning gelijk moeten zijn / blijven aan de klem spanning van 15,25 Volt. M.a.w., de accu zou dan op spanning moeten blijven zolang deze geladen wordt (als de motor draait).

Wellicht gaat er bij sommige mensen nu een lampje branden waarom er bij hun met regelmaat de accu leeg raakt bij (extra grote) verbruikers welke als update gemonteerd worden. !!!!!!!

De eind conclusie van deze meting is, dat de waardes van de verbruikers niet altijd kloppen met wat er op de verbruikers vermeld staat. Het zijn maar richt lijnen waarbij geld dat het motto meten is weten doorslaggevend is.

Hoofdstuk 4  Het meten van weerstand

Voordat men een weerstand gaat meten is het handig om te weten wat nu eigenlijk een weerstand is, maar ook wat de primaire functie van een weerstand is.

Een " -Weerstanden-  "  zoals het woord al zegt, (weer-stand) is een elektronisch onderdeel welke o.a. gemaakt is van samen geperst koolstof welke men ook terug vindt in potloden e.d. maar kan ook van een stuk draad gemaakt zijn. Bij het eerste spreken we dan ook over koolstof weerstanden en bij het tweede spreekt men dan over de zogenaamde draad gewonden weerstand.
 

De werking van een weerstand is eenvoudig uit te leggen. Men kan een weerstand vergelijken met een waterslang waar water doorheen stroomt. Hierbij geeft het water de stroomsterkte aan en de binnen diameter van de waterslang geeft de weerstand aan, waarbij de hoofdkraan van het water onze voedingsbron (stroombron) is met een constante capaciteit van bijvoorbeeld 300 liter per uur.

Als men de water kraan open draait, en natuurlijk de waterslang aansluit op de waterkraan dan zal er een X aantal liters water door de waterslang stromen. Naarmate men de waterslang met de hand gaat dicht knijpen of  te ver buigen, zal er minder water aan het uiteinde van de waterslang eruit stromen omdat men de binnendiameter van de waterslang gaat verkleinen. Oftewel….de weerstand gaat vergroten.

Anders gezegd… des te groter de diameter van de waterslang (weerstand) (meer koolstof) des te hoger de water stroom (Ampère) en anders om, hoe kleiner de diameter van de waterslang (weerstand) (minder koolstof) des te lager de stroom. (Ampère) Hierbij kan de dikte van de mantel van de waterslang vergeleken worden met de omvang (grote) van de weerstand. Oftewel het vermogen van de weerstand.


 

De " -koolstof-  " weerstanden vinden we terug in de elektronica zoals televisies, radio’s maar ook in de CDI en spanningsregelaars van onze scoot. Deze weerstanden worden gekenmerkt door kleurcodes in de vorm van gekleurde ringen. De waardes welke bij elke ring hoort, wordt weergegeven in een kleurcode tabel voor koolstof weerstanden



Elke kleur heeft hierin zijn eigen waarde en te samen vormen ze de uiteindelijke waarde wat de hoogte van de weerstand aangeeft bijvoorbeeld 4,7 kilo Ohm. De koolstof weerstand heeft ook een tolerantie waarde welke uitgedrukt wordt in procenten. Deze tolerantie waarde geeft de afwijking van de weerstand aan. Deze afwijking kan zowel positief als negatief zijn.


Bijvoorbeeld:

Een koolstof weerstand van 10 kilo Ohm oftewel  10  x  1000  10.000  Ohm met bijvoorbeeld een tolerantie van 5 procent heeft dan uiteindelijk een waarde van 10.000 Ohm maal  5% 500  Ohm afwijking in de plus of in de min.


In onze scooters zitten ook draad gewonden weerstanden gemonteerd. Het betreft hier vaak om 2 weerstanden. De weerstanden worden gebruikt als stroom begrenzer bijvoorbeeld tbv de  choke  (brandstof verrijker) en de tweede weerstand zit gemonteerd in het verlichting circuit. “Weerstand” wordt gemeten in “Ohm

De " -Draad gewonden-  "  weerstanden hierin tegen, is een weerstand welke bestaand uit een stuk weerstandsdraad waarbij de waarde bepaald wordt door de lengte en de dikte van die draad alsmede het materiaal van die draad. Bij onze scooters hebben we zoals eerder vernoemd 2 weerstanden gemonteerd zitten. De ene heeft een waarde van 5,9 Ohm bij een wattage van 30 watt en de tweede heeft een waarde van 6,7 Ohm bij een wattage van 5 watt. Hieronder een foto van een van beide weerstanden. De weerstand van 5,9 ohm ziet er ongeveer hetzelfde uit maar is qua omvang een stuk langer en iets breder.



Beide weerstanden zitten gemonteerd in een behuizing waarvan de behuizing op zijn beurt weer op het chassis van de scooter gemonteerd zit. Deze behuizing dient als warmte afvoer daar de stroom door deze weerstanden vrij hoog is. Hierdoor wordt de draad erg warm en deze warmte moet afgevoerd worden aan de omgeving. In dit geval dus… de behuizing. Als men dit niet doet dan zou de draad vrijwel meteen doorbranden met alle gevolgen van dien.





 


De draad gewonden weerstanden worden gekenmerkt door de grote omvang in tegenstelling tot de koolstof weerstand. De waardes van de draad gewonden weerstand staat op de behuizing gedrukt. Bijvoorbeeld  30 W  5,9 Ohm  of  5 W  6,7 Ohm



De draad gewonden weerstanden hebben, in tegenstelling tot de koolstof weerstand, geen tolerantie en dus nagenoeg geen afwijking. Dit betekent dat de waarde welke op de behuizing gedrukt staat, de daadwerkelijke waarde is. De waardes van de draad gewonden weerstand welke in scooters gebruikt worden mogen dan ook nagenoeg niet afwijken omdat dat een negatieve invloed heeft op het elektrisch systeem van de scooter. Mocht de waarde wel afwijken dan is het advies om de weerstand acuut te vervangen door een nieuwe. Dit om verdere schade aan het systeem te voorkomen.





 

Het komt ook voor dat de witte isolator welke op de foto te zien is, haarscheuren vertoont. In dat geval dient de betreffende weerstand ook acuut vervangen te worden. De haarscheuren duiden op slijtage van de isolator en derhalve kan dan de warmte niet meer afdoende doorgegeven worden aan de behuizing en zal de weerstandsdraad langzaam gaan verbranden. De haarscheuren zijn vaak met het blote oog waarneembaar anderzijds ff met een kleine vergrootglas de isolator controleren.


Wat veel mensen niet weten is dat er nog een derde weerstand in onze scooters gemonteerd zit. Deze weerstand bevindt zich in de  "  -bougie doppen-  " Het betreft hier veelal de  NGK  type. Deze weerstand dient ook als stroom begrenzer om ervoor te zorgen dat de bobine via de bougie niet kortgesloten wordt. 





De weerstand van een bougie dop heeft een gemiddelde waarde van 5 kOhm. (5000 Ohm). Een kleine tolerantie is toegestaan. Als deze waarde gaat verlopen, bijvoorbeeld hoger wordt richting de 6000 Ohm of nog hoger…. dan is het raadzaam om de bougie dop te vervangen. Dit geld natuurlijk ook als de waarde naar beneden zou verlopen het geen weinig voorkomt. Meestal wordt de waarde hoger. Dus hier geldt. . . . . .  METEN IS WETEN.

Hier dient vermeld te worden,
Als men de bougie dop vervangt, check dan ook de binnenkabel van de bougie kabel. Deze kan geoxideerd zijn. Hierbij heeft de binnenader dan een bruinachtige kleur terwijl deze zilverachtig zou moeten zijn. Knip dan gewoon een klein stukje van de bougie kabel af. Bijvoorbeeld 1 cm.

De weerstand van de bougie dop heeft onder normale omstandigheden een lange levensduur maar het kan gebeuren dat de waarde van deze weerstand kan verlopen. Meestal wordt de weerstand dan hoger. In dat geval moet de bougie dop dan ook vervangen worden daar een hogere weerstand een verminderde vonk teweeg zal brengen. Immers…. Hoe hoger de weerstand… des te lager de stroom sterkte.

Mijn inziens zou het goed zijn om 1 maal per jaar de weerstandswaarde van de bougie dop te controleren. Anderzijds is het ook mijn inziens om preventief de bougie dop te vervangen als de bougie  zelf aan vervanging toe is. Dit laatste geld alleen als er al een aantal duizenden kilometers mee is gereden. Immers…. De bougie dop en de bougie gelden als een paartje. Net zo als de voorband en de achterband van je scooter / motor. Maar ook hier geldt. . . . .  METEN IS WETEN.

Ook de 2 draad gewonden weerstanden zou mijn inziens 1 maal per jaar gecontroleerd moeten worden. Vooral de 30 W 5,9 Ohm. De reden hiervoor is, dat de spanningsregelaar van een scooter zo nu en dan kapot kan gaan. Dit kan te wijten zijn aan een slecht werkende weerstand die bv haarscheurtjes vertoond in de witte isolatie van de eerder vernoemde weerstand, slechte verbindingen tov het chassis en het verlopen van de weerstandswaarde of door het spontaan defect raken van eerder vernoemde weerstand.

Waarom is deze weerstand van 30 W 5,9 Ohm nou zo belangrijk !!!! Deze weerstand heeft de functie als stroom begrenzer voor de spanningsregelaar met name als de hoofd verlichting niet aan staat. Als de hoofd verlichting aan gezet wordt dan wordt dezelfde weerstand overgenomen door de hoofdlamp van 12 volt 35 / 35 Watt in combinatie met de cockpit verlichting en het achterlicht. Ik vindt dit een zware tekortkoming van het elektrisch systeem. Immers…. Als de hoofdlamp defect raakt tijdens het rijden dan is de weerstand buiten werking en dus is er geen stroombegrenzer meer waardoor de spanningsregelaar in de meeste gevallen ook defect kan raken. Als de weerstand zelf defect raakt… dan is er ook geen stroom begrenzing meer en zal dus de spanningsregelaar met alle gloeilampen die dan aangezet worden om de oren vliegen.

Het beste voorbeeld hierin is de Peugeot Eyseo (50cc)

Als tijdens het rijden de hoofdlamp defect zou raken dan is het raadzaam om meteen over te gaan op stadslicht of over te gaan op groot licht in de hoop zo de spanningsregelaar nog te kunnen beschermen. Als men blijft doorrijden zonder terug te schakelen naar stadslicht of groot licht dan is  de kans groot dat de spanningsregelaar ook defect raken. Hierin vindt ik het jammer dat de techneuten geen "fail safe" circuit hebben ingebouwd om dit soort dingen te voorkomen. Want het koste plaatje voor zo’n reparatie kost je nogal een aardige duidt. Zeker als men het zelf niet kan repareren. Daarbij komend ben ik van mening dat het wisselspanning circuit van een 50cc scooter zoals een GrandDink over het algemeen te krap bemeten is. Het betreft hier dan de 1 fase generator welke het meest voorkomt. Er is weinig tot geen marge als er iets fout gaat in dat circuit.

Met weerstand meeting kan men ook controleren of bijvoorbeeld de verbindingen van de bekabeling goed zijn maar ook gloeilampjes kan men doormeten of deze defect zijn. Tijdens het meten van bekabeling is de weerstandswaarde altijd gelijk aan nul. In tegen stelling bij gloeilampen waar men wel een weerstandswaarde meet welke afhankelijk is aan het wattage van de gloeilamp.

Bij het doormeten van bekabeling kan het ook wel eens gebeuren dat er een weerstand gemeten wordt. Mij inziens is dit te wijten aan slechte stekker verbindingen en / of  chassis verbindingen.

Op de stekker verbindingen wil ik onderstaande opmerken:

Menig scooter rijder is van mening dat het goed is om stekker verbindingen te voorzien van (zuur vrije) vaseline ter voorkoming van slechte contacten. Wat ik nu ga schrijven zal misschien als schokkend ervaren worden…. maar ik ben van mening dat het niet verstandig is om de stekkerverbindingen te voorzien van (zuur vrije) vaseline.

De reden is hiervoor is heel eenvoudig. Elke keer als men een stekker verbinding los trekt, om de verbindingen in te smeren / spuiten, zal de verbinding slechter worden daar de ruimte tussenmail” stekker en “femail” stekker losser komt te zitten. Hierdoor kan corrosie / roest vorming ontstaan tussen de verbinding met als gevolg een weerstand overgang en dus een slechtere verbinding. Dus een storingsgevoelige verbinding met als gevolg. De stromen (Ampères) welke door die verbinding kunnen lopen, kunnen oplopen waarbij de maximale waardes overschreden kunnen worden omdat het vermogen van de belasting hetzelfde blijft, met weer als gevolg dat andere onderdelen zoals een voorlicht, spanningsregelaar, weerstand e.d. ook kapot kunnen gaan. Ook kan zelfs de hoofdzekering van de accu kapot gaan als het om verbindingen in het gelijkspanning circuit gaat.



Kabelschoen

Op de foto ziet men een “femail"stekker. De afstand tussen de pijlen wordt naarmate men de stekkers lostrekt groter / wijder. Hierdoor ontstaat dan een slecht contact en kan er tussenin corrosie ontstaan. Als men dan toch genoodzaakt is om de stekkers los te trekken vanwege het vervangen van onderdelen  dan zou het raadzaam zijn om de beide openingen tussen de pijlen bij de “femail”stekker weer iets bij elkaar te knijpen met een platbek tangetje zodat de verbinding weer goed vast komt te zitten en er dan geen kans bestaat op corrosie tussen de “mail”stekker en “femail” stekker. 




Mocht de verbinding dusdanig geoxideerd zijn dan is het raadzaam om de stekkers proberen schoon te borstelen met een kleine staalborstel of schoon te krabben met een kleine platte schroevendraaier, en anderzijds in zijn geheel te vervangen. 

Op basis van bovenstaande kennis en metingen heb ik mijn GrandDink geupdate met extra verbruikers zoals, running lights, navigatie, alarmlichten, radio e.d..... zonder enige problematiek op het elektrisch systeem te veroorzaken. In onderstaande links zal ik de updates nader toelichten met foto's ter illustratie.

                                                                                                Copyright ©